Drie gouden tips voor goede wecom

Sinds kort ligt het boek Weg van Water in de winkel. Ik (Toon) schreef het samen met wateronderzoeker Marjolein Vanoppen en we zijn er trots op!

Het boek schrijven was soms hard werk, maar ik leerde heel wat nuttige dingen bij over wetenschapscommunicatie. De drie nuttigste inzichten deel ik graag met jullie.

Boek Weg van Water van Toon Verlinden en Marjolein Vanoppen

Maar laat me eerst nog even vertellen dat het boek gaat over het water dat uit je kraan komt. Wat weet je over dat water? Waar komt het vandaan en waar gaat het naartoe? En hoe lang zal het nog uit de kraan blijven stromen?

We gaan op pad met duikers die in riolen zwemmen en met landbouwers die de laatste druppels water uit mest persen. We kijken naar Mars, graven een zandkasteel in Oostende en drinken een wel heel speciaal glas water in Kuurne. En onderweg ontdekken we dat ons regenachtig land veel droger is dan we denken.

Klaar voor de inzichten?

1. Verhalen, verhalen, verhalen. Maar waar vind je die?

Wetenschapscommunicatie drijft op verhalen. Je eerste taak is om op zoek te gaan naar verhalen waar je de kennis, interessante weetjes en feiten aan kan ophangen.

De experten waar je mee praat zijn daar een belangrijke bron voor, maar – en dat is de catch – die experten weten vaak zelf niet waar hun sterke verhalen zitten. De vraag ‘vertel eens een boeiende anekdote’ werkt zelden.

Je moet durven doorvragen, ook al riskeer je domme vragen te stellen. Zo sprak ik met iemand die het onderhoud van de rioleringen coördineert. Ergens in ons gesprek liet hij vallen dat hij soms duikers inschakelt. Hij ging er zo snel overheen dat ik het bijna niet had opgemerkt. Tot ik naar mijn notities keer. Wacht even, duikers? In onze rioleringen? Vertel me meer! En daar zat natuurlijk het verhaal.

Want wist je dat ze duikers inschakelen om in onze riolen en afvalwaterzuiveringen te zwemmen? Dat die letterlijk op de tast in de stront duiken om in het pikdonker vastgelopen pompen of verloren laptops te recupereren? Daar zit een verhaal. Maar mijn gesprekspartner voelde dat zo niet aan. Voor hem was het niet zo speciaal en ik had het niet gevonden als ik niet had doorgevraagd.

Tweede verhaaltip: heb je zo’n verhaal beet, hang het dan op aan een concrete persoon. Eén ding is zeggen dat er duikers in de riolen zwemmen. Een tweede ding is om met die duiker te spreken, met hem op pad te gaan. Billy de duiker is iemand die echt bestaat. Maak je verhalen dus concreet.

2. Moh, echt?

Ga in je onderzoek en je gesprekken op zoek naar de feiten en weetjes waarbij je zelf denkt ‘Moh, echt?’. Zoek naar de dingen die je verrassen en die je zelf verder wil vertellen aan je vrienden of familie. Extra uitdaging: vaak zijn die weetjes voor experten vanzelfsprekend. Het is jouw taak om ze op te merken.

Zoals:

  • Wist je dat je aan grote delen van de kust kraanwater drinkt uit de Ardennen?
  • Wist je dat België even weinig water beschikbaar heeft als Mexico en Marokko?
  • Wist je dat het water in je glas miljarden jaren oud is? En dat er waarschijnlijk al eens een dinosaurus in plaste of er een walvis in overgaf?
  • Wist je dat we het afvalwater van Brussel pas sinds 2007 op grote schaal zuiveren? Daarvoor ging al het afvalwater van een dik miljoen Brusselaars recht de Zenne in.
  • Drink je kraanwater in de Kempen (en grote delen van Limburg)? Dan is er een grote kans dat je regen drinkt die viel tijdens de Eerste Wereldoorlog.

Die weetjes drijven je publiek voort. Combineer dat met boeiende verhalen en degelijke wetenschappelijke studies en je hoofdstuk schrijft zichzelf (nu ja, het schrijven blijft ontiegelijk veel werk hoor).

3. Zoek een partner

Een constante in al mijn wetenschapscommunicatie-activiteiten, is dat ik samenwerk met een partner waar ik op kan steunen.

  • The Floor is Yours? Zou ik niet kunnen zonder Hans Van de Water.
  • Wetenschapsfestival Sound of Science? Zou me niet lukken zonder Hetty Helsmoortel.
  • Weg van Water schrijven? Onmogelijk zonder de input, het advies en de steun van Marjolein Vanoppen (die ook de uitstekende waterpodcast Helder maakt. Zeker het beluisteren waard!).

Zoek een partner om mee samen te werken. Je kan ideeën bij elkaar aftoetsen, eerlijke kritiek vragen en de andere persoon kan de bal oppikken wanneer jij hem eens laat vallen.

In het geval van het waterboek zorgde Marjolein haar expertise en achtergrond ervoor dat ik gewoon kon blijven schrijven. Als ik ergens een contact nodig had, dan kon ze dat direct aanleveren. Was iets me niet duidelijk, dan maakte zij het helder. En ontbraken er nog gegevens, dan kon zij die direct aanleveren. Echt waar: een goede partner is goud waard als je aan wetenschapscommunicatie doet. Het is zoveel leuker dan alleen te werken.

Heb jij nog andere tips? Deel ze met ons!